Beveiligingssleutels voor Wi-Fi(R) (draadloos LAN)
Een beveiligingssleutel biedt een beveiligingsprotocol voor versleuteling van gegevens die worden verzonden via Wi-Fi. De beveiligingssleutel wordt ook wel coderingssleutel of WEP-sleutel (Wired Equivalent Privacy) genoemd.
Dankzij de beveiligingssleutel kunnen draadloze apparaten die dezelfde sleutel hebben, zoals een Wi-Fi-toegangspunt en een computer, met elkaar communiceren via Wi-Fi.
De beveiligingssleutel wordt standaard aan elk toegangspunt toegewezen. (Wijzig de standaardbeveiligingssleutel om gegevens te beschermen tegen niet-geautoriseerd gebruik.) Raadpleeg de handleiding bij uw toegangspunt als u de standaardbeveiligingssleutel niet kunt vinden.
Als u een verkeerde beveiligingssleutel hebt ingevoerd, voert u de volgende stappen om de beveiligingssleutel opnieuw in te voeren.
- Open de charms en selecteer de charm
Instellingen. (Zie De charms openen voor informatie over het openen van de charms.)
- Selecteer
(het netwerkpictogram).
- Klik met de rechtermuisknop op het gewenste netwerk en selecteer Verbindingseigenschappen weergeven.
- Selecteer het tabblad Beveiliging.
- Geef een beveiligingssleutel op in het veld Netwerkbeveiligingssleutel en selecteer OK.