Sluitertijd
U kunt opnemen met de sluitertijdprioriteitsmodus. U kunt de beweging van een onderwerp op diverse manieren tonen door de sluitertijd te regelen.
- - [Camera/Microfoon] - [Handmatige instell.] - [Sluitertijd] - gewenste instelling.
Beschrijving van menu-items
- Autom. (standaardinstelling):
- De sluitertijd wordt automatisch aangepast.
- Handmatig:
- Pas de sluitertijd aan met voor een snellere sluitertijd en met voor een tragere sluitertijd.
Hint
- Bewegende objecten die u opneemt zullen er anders uitzien afhankelijk van de sluitertijd. Stel een kortere sluitertijd in wanneer u een snel bewegend object duidelijk en zonder vervaging wilt opnemen, en stel een langere sluitertijd in wanneer u de beweging van een bewegend object wilt benadrukken.
- U kunt de sluitertijd als volgt instellen.
1080 60i-compatibel apparaat
- tussen 1/8 en 1/10.000 seconden voor filmopnames aan 60p/30p
- tussen 1/6 en 1/10.000 seconden voor filmopnames aan 24p
- tussen 1/8 en 1/250 seconden in foto-opnamestand
1080 50i-compatibel apparaat
- tussen 1/6 en 1/10000 seconden voor filmopnames aan 50p/25p
- tussen 1/6 en 1/215 seconden in de foto-opnamestand
- Automatisch scherpstellen is moeilijk bij een langere sluitertijd. Wij bevelen aan om handmatig scherp te stellen, waarbij het product is bevestigd op een statief.
- Wanneer u opneemt in het licht van TL-lampen, natriumlampen, kwiklampen of LED-verlichting, kunnen er horizontale banen optreden op het LCD-scherm. U kunt dit wellicht verbeteren door de sluitertijd aan te passen.