Batterij


Opladen van de batterij

  • Laad de batterij (bijgeleverd) op voordat u de camera voor het eerst gebruikt.

  • U kunt de batterij ook opladen als deze niet volledig leeg is. Zelfs als de batterij niet volledig is opgeladen, kunt u de gedeeltelijke lading van de batterij gebruiken.

  • Wij adviseren u om de batterij op te laden bij een omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C. Het is mogelijk dat de batterij niet efficiënt wordt opgeladen buiten dit temperatuurbereik.

Doeltreffend gebruik van de batterij

  • Bij lage temperaturen verminderen de prestaties van de batterij. Op koude plaatsen zal de gebruiksduur van de batterij dus korter zijn. Wij adviseren het volgende om de batterij langer mee te laten gaan:

  • Bewaar de batterij in een zak tegen uw lichaam om deze op te warmen, en plaats de batterij vlak voordat u gaat opnemen terug in de camera.
    (Let op voor kortsluiting als er metalen voorwerpen zoals sleutels in uw zak zitten.)

  • De batterij zal snel leeg raken als u de flitser of zoom vaak gebruikt.

  • Wij adviseren u reservebatterijen bij de hand te houden voor twee of drie keer de verwachte opnametijd, en om proefopnamen te maken alvorens de werkelijke opnamen te maken.

  • Laat de batterij niet nat worden. De batterij is niet waterdicht.

  • Laat de batterij niet liggen op zeer warme plaatsen, zoals in een voertuig of in direct zonlicht.

  • Als de aansluitpunten van de batterij vuil zijn, lukt het mogelijk niet om de camera in te schakelen of wordt de batterij mogelijk niet efficiënt opgeladen. In dat geval veegt u stof voorzichtig af met een zachte doek om de batterij schoon te maken.

Over de resterende batterijlading

  • De aanduiding voor de resterende batterijlading wordt weergegeven op het scherm.

A: vol
B: leeg
  • De aanduiding voor de resterende batterijlading wordt onder de volgende omstandigheden mogelijk niet correct weergegeven:

  • Wanneer u de camera langdurig gebruikt bij hoge temperaturen

  • Wanneer u de camera laat liggen met een volledig opgeladen batterij

  • Wanneer u een veel gebruikte batterij gebruikt

  • Het duurt ongeveer een minuut voor de aanduiding voor de resterende batterijlading correct wordt weergegeven.

  • De aanduiding voor de resterende batterijlading is onder bepaalde omstandigheden mogelijk niet correct.

  • Wanneer [Eco-stand] ingesteld is op [Standaard] of [Max] en u de camera gedurende een bepaalde periode niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt het scherm gedimd en wordt de camera automatisch uitgeschakeld (automatische uitschakelfunctie).

Bewaren van de batterij

  • Ontlaad de batterij volledig voordat u deze opbergt en bewaar de batterij op een koele, droge plaats. Om de werking van de batterij tijdens de bewaring te behouden, laadt u de batterij minstens eenmaal per jaar volledig op en verbruikt u de lading volledig in de camera.

  • Als u de batterijlading volledig wilt opgebruiken, laat u de camera in de diavoorstellingsfunctie staan totdat de camera wordt uitgeschakeld.

  • Om vervuiling van de aansluitpunten, kortsluiting enz. te voorkomen, moet u de batterij in de bijgeleverde batterijhouder bewaren wanneer u deze meeneemt of opbergt.

Levensduur van de batterij

  • De levensduur van de batterij is beperkt. De capaciteit van de batterij neemt na verloop van tijd en na herhaald gebruik af. Als de gebruiksduur na het opladen aanzienlijk korter is geworden, is het waarschijnlijk nodig de batterij te vervangen door een nieuwe.

  • De levensduur van de batterij varieert naargelang de manier waarop deze wordt bewaard en de omstandigheden en omgeving waarin de batterij wordt gebruikt.

Compatibele batterijen

  • De NP-BG1 (bijgeleverd) kan alleen worden gebruikt in Cyber-shot-modellen die compatibel zijn met type G.

  • Als u de NP-FG1-batterij gebruikt (los verkrijgbaar), worden de minuten weergegeven na de aanduiding voor de resterende batterijcapaciteit ( 60 Min).