SteadyShot

Hiermee kunt u de bewegingscompensatiefunctie selecteren.
  1. MENU (SteadyShot) gewenste functie


(Uit)
Hiermee wordt de bewegingscompensatiefunctie niet gebruikt.

(Autom.)
Activeert de bewegingscompensatiefunctie automatisch wanneer de opnameomstandigheden kunnen leiden tot camerabewegingen.
Beeldstabilisatie is mogelijk, zelfs als er wordt ingezoomd op een ver verwijderd onderwerp.

Tips voor het voorkomen van wazige beelden
De camera heeft per ongeluk bewogen toen u het beeld maakte. Dit zijn "camerabewegingen". Wanneer het onderwerp echter beweegt op het moment dat u een beeld opneemt, spreken we van "onderwerpbeweging". Camerabeweging en onderwerpbeweging treden bovendien vaak op in situaties met een zwakke belichting of lange sluitertijd, zoals bij de functies (Nachtportret) of (Nachtscène). In dergelijke gevallen houdt u bij het opnemen de onderstaande tips in gedachten.

Camerabeweging
Uw hand of lichaam beweegt terwijl u de camera vasthoudt en op de ontspanknop drukt, waardoor het beeld wazig is geworden.
  • Gebruik een statief of plaats de camera op een vlakke ondergrond zodat deze stevig staat.

  • Neem op met een zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden en stabiliseer de camera door uw armen stevig tegen uw zij te drukken nadat u op de ontspanknop hebt gedrukt.


Onderwerpbeweging
De camera wordt stilgehouden, maar het onderwerp beweegt tijdens de belichtingstijd nadat op de ontspanknop is gedrukt, waardoor het onderwerp wazig wordt opgenomen. Camerabewegingen worden automatisch verminderd met behulp van de bewegingscompensatiefunctie. De functie vermindert onderwerpbeweging echter niet efficiënt.
  • Selecteer (Hoge gevoeligheid) als scènekeuzefunctie.

  • Kies een hogere ISO-gevoeligheid voor een kortere sluitertijd en druk op de sluiterknop voordat het onderwerp beweegt.

Opmerkingen
  • Er is tijd nodig voor het verwerken van een beeld.

  • Wanneer u opnames maakt met de flitser, werkt de bewegingscompensatiefunctie niet.

Verwant onderwerp