AGC-limiet

U kunt de bovenste limiet voor AGC (Auto Gain Control) instellen zodat scènes met weinig licht worden opgenomen zoals ze er echt uitzien.
  1. [Camera/Microfoon] [Handmatige instell.] [AGC-limiet].

  1. Selecteer het gewenste item.


Uit
De gain (versterking) wordt automatisch aangepast.

24dB/21dB/18dB/15dB/12dB/9dB/6dB/3dB/0dB ()
De gain (belichtingsversterking) wordt automatisch aangepast tot aan de geselecteerde limiet.

Opmerkingen
  • Wat de bovenste limiet is die u kunt selecteren voor de AGC (Auto Gain Control), hangt af van de status van de camcorder.

  • Wanneer de camcorder is ingesteld op de filmopnamestand, is de bovenste limiet 24 dB.

  • Wanneer de camcorder is ingesteld op de foto-opnamestand, is de bovenste limiet 21 dB.

  • Wanneer de camcorder is ingesteld voor gebruik van [Vloeinde lngz.OPN.], is de bovenste limiet 15 dB.

  • Bij een hogere gain wordt de helderheid beter aangepast in scènes met weinig licht, maar de ruis neemt toe. Bij een lagere gain, neemt de ruis af, maar de sluitertijd wordt langer om het ontbreken van helderheid te compenseren, en dat kan leiden tot bewegingsonscherpte of onscherpte van het onderwerp.