Bewegende beelden weergeven

  1. Stel de camera in op de weergavefunctie.

  1. Selecteer bewegende beelden met de besturingsknop.

  1. Druk op .

De weergavebalk wordt afgebeeld en de weergave van de bewegende beelden begint.

Over het weergavescherm voor bewegende beelden

Selecteer het beeld dat u wilt weergeven met / op de besturingsknop, en druk daarna op .
De weergavebalk wordt afgebeeld, en u kunt een weergavemoment in een filmpje controleren.

Besturingsknop
Bediening tijdens weergave
Weergeven/pauzeren
Vooruitspoelen
Achteruitspoelen
Hiermee geeft u het bedieningsscherm weer.
Stel het volumeniveau in met / op de besturingsknop, en druk daarna op .

Opmerkingen
  • Het kan onmogelijk zijn sommige beelden weer te geven die zijn opgenomen op een andere camera.