Mobiele draadloze serverWG-C10

De Wi-Fi-beveiliging instellen met behulp van "PWS Manager" (iOS-toestel)

Belangrijk

Het is uiterst belangrijk om de nodige beveiligingsmaatregelen te treffen wanneer u toestellen gebruikt die uitgerust zijn met een functie voor draadloos LAN. Als u geen beveiliging instelt, is het apparaat toegankelijk via elk compatibel toestel dat zich binnen communicatieafstand bevindt.

Om uw gegevens te beschermen, moet u dus zeker de beveiliging instellen.

Als dit apparaat al beveiligd is, is het niet nodig de beveiliging in te stellen via andere toestellen.

  1. Schakel dit apparaat in en open de toepassing "PWS Manager" op een iOS-toestel.
  2. Tik op (instellingen) op het lijstscherm met bestanden/mappen.

    Wanneer de volgende melding wordt weergegeven, tikt u op [OK(OK)].

  3. Tik op [Beveiliging(Security) ].

  4. Selecteer de te gebruiken verificatiemethode (WEP/WPA/WPA2).

    Wij raden u aan [WPA2] te gebruiken.

    Als u [Geen(None)] selecteert, is er geen beveiliging ingesteld voor het apparaat.

  5. Voer een wachtwoord in dat bestaat uit alfanumerieke tekens, voer het wachtwoord ter bevestiging nogmaals in en tik vervolgens op [OK(OK)].

    De lengte van het wachtwoord hangt af van de verificatiemethode.

    WEP: 5 tekens of 13 tekens

    WPA: 8 - 63 tekens

    WPA2: 8 - 63 tekens

    Het apparaat is nu beveiligd met een wachtwoord.

    Tik op [OK(OK)] om terug te keren naar het instelmenu.

Opmerking

  • Als u deze handeling uitvoert, wordt de verbinding met het draadloze LAN verbroken. Verbind het apparaat en het iOS-toestel opnieuw via het draadloze LAN en voer het wachtwoord in dat u in dit onderdeel hebt ingesteld.
  • Als u het wachtwoord vergeten bent, herstelt u de fabrieksinstellingen van het apparaat en stelt u een nieuw wachtwoord in.