Zoomen (bewegende beelden)

U kunt bij het opnemen een beeld vergroten met de W/T (zoom)-hendel. De optische zoomfunctie van de camera kan beelden tot 5× vergroten.
Met de optische zoomfunctie kunt u een beeld vergroten zonder dat de oorspronkelijke beeldkwaliteit verslechtert.
  1. Stel de camera in op de opnamefunctie.

  1. Beweeg de W/T (zoom)-hendel.

Beweeg de hendel naar de T-kant om in te zoomen of naar de W-kant om uit te zoomen.

Beschikbaar zoombereik

U kunt verder inzoomen dan de 5× optische zoom. Om verder in te zoomen dan het optische zoombereik, stelt u [Digitale zoom] in op [Aan]. Met de camera kunt u beelden tot 20× vergroten.
  1. Bereik van de optische zoom

Optische zoom: de optische zoomfunctie van de camera kan beelden tot 5× vergroten.
  1. Zoombereik (niet optisch)

[Digitale zoom]: minder dan de oorspronkelijke beeldkwaliteit. [Details]

Functie
Instellingen
Zoombalk
Maximaal inzoomen zonder dat de beeldkwaliteit verslechtert
[Digitale zoom]: [Uit]
Maximaal inzoomen
[Digitale zoom]: [Aan]

Opmerkingen
  • [Helder Beeld Zoom] is niet beschikbaar tijdens het opnemen van bewegende beelden.

  • De camera zoomt langzaam bij het opnemen van bewegende beelden.