Vóór gebruik
Film
U kunt de sluitertijd en de diafragmawaarde naar wens instellen voor het opnemen van bewegende beelden.
-
Zet de functietoets in de stand
(Film).
-
Selecteer de gewenste functie met
op het besturingswiel.
-
Wanneer [Modusknopscherm] ingesteld is op [Uit], wordt het selectiescherm voor de opnamefunctie niet weergegeven.
-
Als u een andere functie wilt selecteren, drukt u op de MENU-toets
1
[Film].
 |
 (Autom. programma) |
De camera stelt de belichting (sluitertijd en diafragmawaarde) automatisch in. Het is echter mogelijk om andere instellingen te kiezen en deze te behouden.
|
|
|
 (Diafragmavoorkeuze) |
Hiermee kunt u de diafragmawaarde handmatig instellen.
|
|
|
 (Sluitertijdvoorkeuze) |
Hiermee kunt u de sluitertijd handmatig instellen.
|
|
|
 (Handm. belichting) |
Hiermee kunt u de belichting (sluitertijd en diafragmawaarde) handmatig instellen.
|
-
Druk op de MOVIE (bewegende beelden)-toets om bewegende beelden op te nemen.
Verwant onderwerp
