Bewegende beelden weergeven
-
Stel de camera in op de weergavefunctie.
-
Selecteer bewegende beelden met de besturingsknop.
-
Druk op .
De weergavebalk wordt afgebeeld en de weergave van de bewegende beelden begint.
Over het weergavescherm voor bewegende beelden
Selecteer het beeld dat u wilt weergeven met / op de besturingsknop, en druk daarna op .
De weergavebalk wordt afgebeeld, en u kunt een weergavemoment in een filmpje controleren.
Besturingsknop
|
Bediening tijdens weergave
|
|
Weergeven/pauzeren
|
|
Vooruitspoelen
|
|
Achteruitspoelen
|
|
Hiermee geeft u het bedieningsscherm weer.
Stel het volumeniveau in met / op de besturingsknop, en druk daarna op .
|
Opmerkingen
-
Het kan onmogelijk zijn sommige beelden weer te geven die zijn opgenomen op een andere camera.
Verwant onderwerp