Scherpstelgebied
Selecteert het scherpstelgebied. Gebruik deze functie wanneer het moeilijk is goed scherp te stellen in de automatische scherpstellingsfunctie.
- MENU → (Camera- instellingen) → [Scherpstelgebied] → gewenste instelling.
Menu-onderdelen
- Breed:
- Stelt automatisch scherp op een onderwerp in alle bereiken van het beeld.
Wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt in de stilstaand-beeldopnamefunctie, wordt een groen kader afgebeeld rond het gebied dat scherpgesteld is.
- Zone:
- Selecteer een zone op de monitor waarop u wilt scherpstellen. Een zone bestaat uit negen scherpstelgebieden en het apparaat selecteert automatisch het scherpstelgebied waarop wordt scherpgesteld.
- Midden:
- Stelt automatisch scherp op een onderwerp in het midden van het beeld. Indien gebruikt in combinatie met de AF-vergrendelingsfunctie, kunt u het gewenste beeld samenstellen.
- Flexibel punt:
- Maakt het mogelijk om het AF-bereikframe te verplaatsen naar de gewenste plaats op het scherm en scherp te stellen op een extreem klein onderwerp in een smal gebied.
- AF-vergrendeling:
- Als de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden, volgt het apparaat het onderwerp binnen het geselecteerde scherpstelgebied. Wijs met de cursor [AF-vergrendeling] aan op het [Scherpstelgebied]-instelscherm, en selecteer daarna het gewenste gebied waar het volgen moet beginnen met de linker-/rechterkant van het besturingswiel. U kunt het gebied waarin het volgen begint verplaatsen naar het gewenste punt door het gebied aan te wijzen als het flexibele punt.
Hint
- Als [Scherpstelgebied]] is ingesteld op [Zone] of [Flexibel punt], kunt u door op de knop te drukken waaraan [Scherpstelstandaard] is toegewezen, opnemen terwijl u de positie van het scherpstellingsbereikzoekerframe verandert door op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van het besturingswiel te drukken. Om de opname-instellingen te veranderen met behulp van het besturingswiel, drukt u op in het midden van het besturingswiel.