Scherpst. vergroten
U kunt de scherpstelling controleren door het beeld te vergroten voordat u opneemt.
- MENU → (Camera- instellingen) → [Scherpst. vergroten].
-
Druk op in het midden van het besturingswiel om het beeld te vergroten en het deel te selecteren dat u wilt vergroten met de boven-/onder-/linker-/rechterkant van het besturingswiel.
- Wanneer een derde keer op wordt gedrukt, wordt de scherpstel-vergrotingsfunctie gesloten en wordt de normale opnameweergave hersteld.
- Bevestig de scherpstelling.
- Druk de ontspanknop helemaal in om het beeld op te nemen.
Hint
- Bij handmatig scherpstellen kunt u de scherpstelling aanpassen terwijl een beeld vergroot is. De functie [Scherpst. vergroten] wordt geannuleerd wanneer de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.
-
Als de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt terwijl een beeld wordt vergroot tijdens automatische scherpstelling, worden verschillende functies uitgevoerd afhankelijk van de instelling [AF scherps.vergro].
- Als [AF scherps.vergro] is ingesteld op [Aan]:
automatische scherpstelling wordt opnieuw uitgevoerd. - Als [AF scherps.vergro] is ingesteld op [Uit]:
De functie [Scherpst. vergroten] wordt geannuleerd.
- Als [AF scherps.vergro] is ingesteld op [Aan]:
- U kunt een beeld opnemen terwijl een beeld vergroot wordt weergegeven, maar het apparaat neemt het beeld van het volledige scherm op.
- De functie [Scherpst. vergroten] wordt geannuleerd na het opnemen.
- U kunt instellen hoe lang het beeld vergroot moet worden weergegeven door MENU → (Eigen instellingen) → [Schrpstelvergrot.tijd] te selecteren.