Digitale camera met verwisselbare lensILCA-68

Auto HDR

Verbreedt het bereik (gradatie) zodat u van de heldere delen tot de donkere delen beelden met de juiste helderheid kunt opnemen (HDR: High Dynamic Range). Eén beeld met een juiste belichting en een beeld samengesteld uit over elkaar liggende beelden worden opgenomen.

  1. MENU (Camera- instellingen) → [DRO/Auto HDR] [Auto HDR].
  2. Selecteer de gewenste instelling met de linker-/rechterkant van het besturingswiel.

Menu-onderdelen

Auto HDR: belichtingsver. auto (standaardinstelling):
Corrigeert automatisch het belichtingsverschil.
Auto HDR: belichtingsver. 1,0 EVAuto HDR: belichtingsver. 6,0 EV:
Stelt het belichtingsverschil in op basis van het contrast van het onderwerp. Selecteer het optimale niveau tussen 1,0 EV (zwak) en 6,0 EV (sterk).
Bijvoorbeeld, als u de belichtingswaarde instelt op 2,0 EV, worden drie beelden samengesteld met de volgende belichtingsniveaus: −1,0 EV, correcte belichting en +1,0 EV.

Opmerking

  • [Auto HDR] is niet beschikbaar voor RAW-beelden.
  • Wanneer de opnamefunctie is ingesteld op [Slim automatisch], [Superieur automat.], [Panorama d. beweg.], [Tele-zoom cont. AE] of [Scènekeuze], kunt u niet [Auto HDR] selecteren.
  • Als [NR Multi Frame] is geselecteerd, kunt u [Auto HDR] niet selecteren.
  • Wanneer u [Foto-effect] gebruikt, kunt u [Auto HDR] niet selecteren.
  • U kunt de volgende opname niet eerder maken dan dat het opslagproces na het opnemen is voltooid.
  • U krijgt mogelijk niet het gewenste effect, afhankelijk van het luminantieverschil van een onderwerp en de opnameomstandigheden.
  • Wanneer de flitser wordt gebruikt, heeft deze functie weinig effect.
  • Wanneer de scène weinig contrast heeft, of wanneer apparaatbeweging of onderwerpbeweging optreedt, kunt u mogelijk geen goede HDR-beelden maken. Als het apparaat een probleem heeft vastgesteld, wordt afgebeeld op het opgenomen beeld om u te informeren over deze situatie. Maak zo nodig nog een opname en besteed aandacht aan het contrast of de onscherpte.