Het apparaat inschakelen
U kunt de volgende typen batterijen in dit apparaat gebruiken.
- Twee LR6-alkalinebatterijen (AA-formaat)
- Twee oplaadbare nikkel-metaalhydridebatterijen (Ni-MH) van AA-formaat
Laad de oplaadbare nikkel-metaalhydridebatterijen altijd op met de opgegeven lader.
- Open het deksel van het batterijvak en plaats de batterijen (los verkrijgbaar).
- Plaats de batterijen in het batterijvak zoals aangegeven ().
( geeft de richting van de batterijen aan.)
- Plaats de batterijen in het batterijvak zoals aangegeven ().
- Bevestig het apparaat op de camera.
- Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld.
- Verwijder de beschermkapjes vanaf de multi-interfacevoet van het apparaat en vanaf de multi-interfaceschoen van de camera.
- Draai de vergrendelingshendel naar "RELEASE" terwijl u de ontgrendelingsknop (A) op de hendel ingedrukt houdt.
- Schuif de multi-interfacevoet stevig helemaal op de multi-interfaceschoen van de camera in de richting van de pijl.
-
Draai de vergrendelingshendel stevig naar "LOCK" om het apparaat te vergrendelen.
- Zet de aan-uitknop in de stand "ON".
Het apparaat vanaf de camera verwijderen
Schakel het apparaat uit en voer stap 2-1 uit om het apparaat te verwijderen.
- Wanneer u het apparaat niet gebruikt of als u alleen het apparaat gebruikt en vasthoudt in uw hand, plaatst u het beschermkapje terug op de multi-interfacevoet.