Helpgids

Icoon van [Instellingen]-menuInstellingen

Opmerking
  • De opties die u kunt aanpassen variëren naargelang de situatie. Opties die niet beschikbaar zijn worden grijs weergegeven of niet weergegeven.
  • Satellietfuncties zijn enkel beschikbaar voor satellietmodellen.

Netwerk

Netwerkinstellingen: Stelt de instellingen van de netwerkstatus in.

Status USB-tethering: Geeft de status van USB-tethering weer.

IPv6/IPv4-prioriteit: Switch tussen [IPv6] en [IPv4 (aanbevolen)].

Opmerking
  • Om het netwerk te gebruiken met [IPv6], dient u [IPv6] te selecteren en dan [Beginner] in [Netwerkverbinding instellen].
  • Als IPv6 is geselecteerd, kan de HTTP-proxy niet worden ingesteld.
  • Als IPv6 is geselecteerd, kunnen sommige internetbrowsersites, toepassingen of inhoud worden bekeken.

Ingebouwd Wi-Fi: Schakelt de ingebouwde draadloze LAN [Aan] of [Uit].
Zet deze optie op [Uit], als u geen gebruikmaakt van de ingebouwde draadloze LAN.
Als u van [Uit] naar [Aan] schakelt, breng dan de netwerkverbinding tot stand via [Netwerkinstellingen].

Illustratie van de aansluitmethode
  1. Computer
  2. Draadloze router
  3. Modem
  4. Internet

Wi-Fi Direct: Schakelt de verbinding aan/uit van uw TV met een Wi-Fi direct-apparaat zoals een PC, mobiele telefoon of digitale camera.

Illustratie van het streamen van inhoud

Wi-Fi Direct-instellingen: Stel deze functie in om een Wi-Fi Direct apparaat te verbinden met de televisie via de Wi-Fi Direct functie. Druk op de toets OPTIONS en selecteer [Manueel] als u geen verbinding kunt maken.

Apparaatnaam: Wijzig de naam van de televisie die wordt weergegeven op het verbonden apparaat.

Internetinhoud vernieuwen: Maakt verbinding met het internet, om de beschikbare diensten voor internetinhoud te ontvangen.

Thuis Netwerk Installatie:

Instellingen serverweergave

Geeft de aangesloten serverlijst weer. U kunt de server selecteren die in de apparatenselectie weergegeven moet worden.

Serverdiagnoses

Diagnose of de televisie met iedere server op het thuisnetwerk verbinding kan maken.

Starten op afstand

Met deze functie kan een aangesloten apparaat op het thuisnetwerk de televisie inschakelen.

Opmerking
  • Het stroomverbruik neemt toe, als [Aan] is ingesteld.
Renderer
Renderer-functie

Maakt het mogelijk dat de televisie mediabestanden afspeelt op een apparaat (bijv. digitale fotocamera).

Toegangscontrole Renderer

Geeft toegang via een specifiek bedieningsapparaat.

Instellingen Renderer

Pas de gedetailleerde instellingen van de [Instellingen Renderer] aan.

Privacybeleid

Selecteer [Smart TV inschakelen] of [Smart TV uitschakelen] voor de bevestiging van het privacybeleid. Privacybeleid

Privacy-instellingen*

Beheert uw persoonlijke informatie.

  • Alleen voor bepaalde regio's/landen/televisiemodellen.

Fotokader-instellingen

Weergavemodus: Hiermee kunt u de weergavemodus selecteren.

Weergavemodus

Klokweergave: Hiermee kunt u de klokweergave selecteren.

Opmerking
  • Deze optie is beschikbaar als [Weergavemodus] is ingesteld op [Afbeelding en klok] of [Klok (volledig scherm)].

Afbeeldingselectie: Selecteert een afbeelding.

Muziekselectie: Selecteert muziek.

Diavoorstelling-instelling: Selecteer tussen diavoorstelling of de enkele weergave van foto's.

Muziek Afspeelinstel.: Selecteer of u alle liedjes wilt laten afspelen of een enkel nummer.

Duur: selecteer de tijd waarna de televisie automatisch overschakelt naar de stand stand-by/netwerkstand-by.

Eerste dag van de week: Stelt [Zondag] of [Maandag] in als de eerste dag van de week in de kalender.

USB automatisch starten

Selecteer [Aan] om voor een USB-apparaat dat verbonden is met de USB-poort automatisch de miniatuurweergaven van de laatste foto/muziek/video te laten tonen.

Klok/Timers

Stelt de timer en klok in.

Sleep Timer: Stelt de tijd in minuten in waarvan u wilt dat de televisie aanblijft voordat hij automatisch wordt uitgeschakeld.

Timer Aan: zet de televisie op het door u ingestelde tijdstip aan vanuit de stand stand-by/netwerkstand-by en geeft het kanaal of de input van uw keuze weer. Zorg ervoor dat u de correcte actuele tijd instelt voordat u deze functie gebruikt.

Klokinstelling: Stelt de huidige tijd en datum in.

Auto/Handmatig

Selecteer [Handmatig] om de tijd handmatig in te stellen.

Automatische tijdzone

Hiermee kunt u instellen of de tijdzone waarin u zich bevindt al dan niet automatisch wordt geselecteerd.

Aan

Schakelt automatisch tussen zomertijd en wintertijd op basis van de kalendergegevens.

Uit

De tijd wordt weergegeven volgens het tijdverschil dat werd ingesteld door [Tijd Zone].

Automatische zomertijd

Hiermee kunt u instellen of u al dan niet wilt dat de televisie automatisch overschakelt tussen winteruur en zomeruur.

Datum

Stel huidige datum in.

Tijd

Stel huidige tijd in.

Tijd Zone

Hiermee kunt u handmatig de tijdzone waarin u zich bevindt selecteren als die niet dezelfde is als de standaardtijdzone voor uw regio/land.

Opname instellen (Alleen voor bepaalde regio's/landen/televisiemodellen)

Voor het aan- en afmelden van HDD-opnamefunctie.

Automatische update van de opnametijd:

Aan

De opnametijd wordt automatisch geüpdatet, gebaseerd op wijzigingen in het uitgezonden signaal.

Uit

De opnametijd is gebaseerd op de tijd van de instelling/reservering.
Het is aanbevolen deze menu-instelling niet te wijzigen als u bestaande ingestelde timers hebt.

Auto Start

Start de initiële instelprocedure. Met deze optie kunt u de televisie herprogrammeren na een verhuis of om kanalen te zoeken die nieuw worden aangeboden.

Taal/Language

Selecteer de taal waarin u wilt dat de menu's worden weergegeven.

Fysiek toetsenbord (alleen voor webbrowser*)

Selecteer de taal van het fysieke toetsenbord als deze is aangesloten op de televisie.

  • Alleen voor bepaalde regio's/landen/televisiemodellen.

Opstartlogo

Selecteer [Aan] om het logo weer te geven wanneer de televisie wordt ingeschakeld. Selecteer [Uit] om deze functie te deactiveren.

LED indicatielampjes

Selecteer [Aan] om de LED-indicatielampjes te doen branden. Selecteer [Uit] om deze functie te deactiveren.

AV-instellingen

AV voorkeuze: Geeft een naam aan de externe apparaatinput.

Toelaten

Selecteer [Auto] om de naam enkel weer te geven wanneer het apparaat verbonden is, of [Altijd] om de naam altijd weer te geven, ongeacht de verbindingsstatus.

Kleurensysteem: Selecteert het kleurensysteem overeenkomstig het composietvideosignaal van de ingangsbron.

Luidsprekers: Selecteer voor de geluidsuitvoer de luidsprekers van de televisie of extern audioapparatuur.

Hoofdtelefoon/Audio Uit: Stelt de uitvoer van het geluid naar de hoofdtelefoons, externe audiosystemen of actieve subwoofer aangesloten op de televisie in. Koppel de hoofdtelefoon los van de televisie als u [Audio-uit (vast)], [Audio-uit (variabel)] of [Subwoofer] selecteert.

Audio-uit (vast)

De audio-output van de televisie staat vast. Gebruik de volumeknop van uw audiosysteem om het volume (en andere audio-instellingen) aan te passen.

Audio-uit (variabel)

Wanneer u een extern audiosysteem gebruikt, kunt u het volume van dat systeem regelen met de afstandsbediening van de televisie.

Speaker Link hoofdtelefoon: Schakelt de interne luidsprekers van de televisie aan/uit wanneer u een hoofdtelefoon op de televisie aansluit.

Volume hoofdtelefoon: Hiermee kunt u het volume van de hoofdtelefoon aanpassen.

Opmerking
  • Deze optie is niet beschikbaar wanneer [Hoofdtelefoon/Audio Uit] ingesteld is op [Audio-uit (vast)], [Audio-uit (variabel)] of [Subwoofer].

Subwoofer: Om dit in te schakelen, stelt u [Hoofdtelefoon/Audio Uit] in op [Subwoofer].

Subwooferniveau

Pas het volumeniveau van de subwoofer aan.

Fase

Selecteer de polariteit van de fase.

Subwoofer synchroniseren

Past het tijdsverloop aan van het subwoofergeluid.

Digitale audio uit: Hiermee kunt u het audiosignaal instellen dat wordt uitgevoerd wanneer u de digitale (optische)* audio-outputkabel of HDMI-kabel gebruikt.

  • Alleen voor bepaalde regio's/landen/televisiemodellen.
Auto 1

Voer gecomprimeerde audio uit zonder wijziging.

Auto 2

Voer alleen gecomprimeerde audio uit voor meerkanalige inhoud zonder wijziging.

PCM

Voer altijd uit in PCM.

TV-positie: Verbetert de luidsprekerinstellingen wanneer ingesteld op [Tafelstandaard] of [Muurbevest.], naargelang de positie van uw televisie.

Indeling HDMI-signaal:

Standaard

Standaard HDMI-formaat voor normaal gebruik.

Verbeterd

Alleen instellen bij het gebruik van apparaten die het HDMI 2K HDR (High Dynamic Range)-formaat ondersteunen.

Opmerking
  • Het signaalformaat van HDMI IN 1 en HDMI IN 2 wijzigt tegelijkertijd.
  • Wijzig naar [Standaard] als de uitvoer van beeld en geluid niet goed is in [Verbeterd].
  • Het kan zijn dat sommige inhoud niet wordt weergegeven als 2K HDR, als de 4K HDR-inhoud wordt afgespeeld van een bronapparaat.

BRAVIA Sync-instellingen

Hiermee kan de televisie een communicatie tot stand brengen met de apparatuur die compatibel is met de BRAVIA Sync-beheerfunctie en aangesloten is op de HDMI-poorten van de televisie. Merk op dat de communicatie-instellingen ook meteen worden ingesteld op het verbonden apparaat.

Illustratie van het gebruik van een apparaat dat BRAVIA Sync ondersteund

BRAVIA Sync-beheer: Hiermee kunt u instellen of de werking van de televisie al dan niet gelinkt wordt met de verbonden apparatuur die compatibel is met BRAVIA Sync-beheer. Wanneer ingesteld op [Aan], is de volgende functie beschikbaar. Als er bepaalde Sony-apparatuur verbonden is die compatibel is met BRAVIA Sync-beheer, dan wordt deze instelling automatisch voor de verbonden apparatuur geactiveerd.

Auto apparatuur uit: als deze functie is ingesteld op [Aan], wordt het aangesloten apparaat dat compatibel is met BRAVIA Sync-beheer automatisch uitgeschakeld, wanneer de televisie in de stand stand-by/netwerkstand-by gaat.

Auto tv aan: Als deze functie is ingesteld op [Aan], wordt de televisie ingeschakeld wanneer u het aangesloten apparaat, dat compatibel is met BRAVIA Sync-beheer, inschakelt.

BRAVIA Sync-apparaatlijst: Geeft een lijst weer met verbonden apparatuur die compatibel is met BRAVIA Sync-beheer. Selecteer [Toelaten] om de [BRAVIA Sync-apparaatlijst] te actualiseren.

Toetsen voor apparaatbesturing: Selecteer de toetsfuncties van de afstandsbediening van de televisie om het verbonden apparataat te bedienen.

Geen

Deactiveert de bediening via de afstandsbediening van de televisie.

Normaal

Voor basisbedieningen, zoals navigatieknoppen (naar omhoog, omlaag, links of rechts, etc.).

Afstemtoetsen

Voor de basisbedieningen en bediening van kanaalgerelateerde toetsen zoals PROG +/− of (0-9), enz. Handig als u een tuner of Set Top Box, enz. met de afstandsbediening bedient.

Menutoetsen

Voor basisbedieningen en de bediening van de HOME/OPTIONS toetsen.

Nuttig wanneer u de menu's van een BD-speler selecteert via de afstandsbediening.

Afstem- en menutoetsen

Voor basisbedieningen en de bediening van kanaalgerelateerde toetsen, zoals de HOME/OPTIONS toetsen.

Opmerking
  • Sommige apparatuur met [BRAVIA Sync-beheer] ondersteunt de [Toetsen voor apparaatbesturing]-functie niet.

Klantondersteuning

Geeft informatie over het model, de software en andere zaken van uw televisie. Klantondersteuning

Ga naar boven