Een beeld draaien (Roteren)

Draait een opgenomen stilstaand beeld.

  1. Druk op de (Weergave)-knop als u naar de weergavestand wilt overschakelen.
  2. MENU (Afspelen) → [Roteren].
  3. Druk op de (invoer-)knop.
    Het beeld wordt linksom gedraaid. Het beeld draait wanneer u op de (invoer-)knop drukt.
    Als u het beeld eenmaal hebt gedraaid, blijft het beeld gedraaid nadat het apparaat is uitgeschakeld.

Opmerking

  • U kunt bewegende beelden niet draaien.
  • Beelden die met andere apparaten zijn opgenomen, kunnen mogelijk niet worden gedraaid.
  • Wanneer gedraaide beelden op een computer worden weergegeven, worden ze mogelijk weergegeven in hun oorspronkelijke richting, afhankelijk van de software.