Panorama door beweging

Hiermee kunt u een panoramabeeld samenstellen door beelden samen te voegen.
  1. Zet de functieknop in de stand (Panorama door beweging).

  1. Lijn de camera uit met het einde van het onderwerp dat u wilt opnemen en druk de ontspanknop helemaal in.

  1. Pan de camera naar het einde van de overzichtsbalk (A), volgens de aanwijzingen op het scherm.

Tips voor het opnemen van panoramabeelden
Pan de camera met constante snelheid in een boogbeweging in de richting aangegeven op het scherm. Stationaire onderwerpen zijn beter geschikt voor een panoramaopname dan bewegende onderwerpen.
Straal zo kort mogelijk.
Verticale richting
Horizontale richting
  • Druk de ontspanknop eerst tot halverwege in zodat de scherpstelling, belichting en witbalans worden vergrendeld. Druk daarna de ontspanknop helemaal in en pan de camera horizontaal of verticaal.

  • Als een deel met zeer gevarieerde vormen of landschap zich langs de rand van het scherm bevindt, kan de beeldcompositie mislukken. Pas in dergelijke gevallen de beeldcompositie aan zodat het deel zich in het midden van het beeld bevindt, en neem het beeld opnieuw op.

Tips voor het opnemen van panoramabeelden van 360°
Deze camera is uitgerust met een panoramaopnamefunctie waarmee u panoramaopnames van nagenoeg 360 graden kunt maken.
Druk MENU stel [Beeldformaat] in op [360°] en neem een panoramabeeld op.
U kunt de panoramabeelden lopend weergeven op deze camera.
  • Druk op MENU [Opnamerichting] selecteer [Naar rechts] of [Naar links]. [Naar boven] en [Naar beneden] kan niet worden geselecteerd voor [Opnamerichting] bij het opnemen van panoramabeelden van 360°.

  • Het is mogelijk dat het opgenomen beeld in werkelijkheid geen 360 graden beslaat, afhankelijk van het onderwerp of de manier van opnemen.

Opmerkingen
  • Als u de camera niet over het hele onderwerp kunt pannen binnen de aangegeven tijdsduur, zal een grijs deel ontstaan in het samengevoegde panoramabeeld. Als dit gebeurt, beweegt u de camera sneller om een volledig panoramabeeld op te nemen.

  • Aangezien meerder beelden aan elkaar worden gelast, wordt het gelaste deel niet storingsvrij opgenomen.

  • Onder zwakke belichtingsomstandigheden kunnen panoramabeelden wazig zijn of kan de opname mislukken.

  • Onder flikkerende lampen, zoals tl-verlichting, zal de helderheid of kleur van het samengestelde beeld niet altijd hetzelfde zijn.

  • Als de volledige hoek van de panoramaopname en de AE/AF-vergrendelingshoek sterk verschillen in helderheid, kleur en scherpstelling, zal de opname niet goed lukken. Als dit gebeurt, verandert u de AE/AF-vergrendelingshoek en neemt u opnieuw op.

  • Panorama door beweging is niet geschikt in de volgende situaties:

  • Bij een bewegend onderwerp

  • Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera

  • Het beeld heeft weinig contrast, zoals lucht, zandstrand of gazon

  • Het beeld verandert continu, zoals golven of watervallen

  • U kunt geen panoramabeelden maken in de volgende situaties:

  • Het pannen van de camera gaat te snel of te langzaam.

  • De camera beweegt te veel.

Verwant onderwerp