Toestand van de indicator

De indicator van dit toestel licht op of knippert als volgt in overeenstemming met de bediening van de afstandsbedieningsfunctie van dit toestel of met de bediening of de toestand van de camera:

Licht op
  • wanneer de camera scherp wordt gesteld met de automatische scherpstelling

  • wanneer u een foto maakt, of een video-opname begint door op de PHOTO-knop te drukken

  • tijdens het opnemen van video

  • wanneer het koppelen gelukt is

  • wanneer de camera zoomsignalen van dit toestel ontvangt

Knippert
  • terwijl het koppelen bezig is

  • terwijl de zelfontspanner in werking is

Knippert snel
  • wanneer de camera geen afstandsbedieningssignalen kan ontvangen van dit toestel

  • wanneer het koppelen mislukt is

  • wanneer u de LOCK-schakelaar overschakelt van "LOCK" naar een andere stand dan "LOCK" terwijl het resterende batterijvermogen bijna op is