Selecteren van de richtingsgevoeligheid

Met de instelknop richtingsgevoeligheid kunt u de richtingsgevoeligheid selecteren die het best past bij de geluiden die u wilt opnemen of bij de opname-omstandigheden.

Super-richtingsgevoelig

Er worden alleen geluiden in een specifiek bereik van de voorkant van dit apparaat opgepikt, voor een even heldere geluidsopname. De super-richtingsgevoelige stand maakt opnamen met minder nagalm mogelijk en is geschikt voor opnamen binnenshuis. De super-richtingsgevoelige stand wordt aanbevolen voor het opnemen of streamen van video's waarin bijvoorbeeld het onderwerp heel dichtbij dit apparaat aan het praten is.

Uni-richtingsgevoelig

Er worden allerlei verschillende geluiden van de voorkant van dit apparaat opgepikt. De uni-richtingsgevoelige stand wordt aanbevolen voor bijvoorbeeld het opnemen van conferenties en vergaderingen.

Omni-richtingsgevoelig

Geluid uit alle richtingen wordt in gelijke mate opgepikt. De omni-richtingsgevoelige stand wordt aanbevolen voor bijvoorbeeld het opnemen van al het geluid, inclusief omgevingsgeluiden.

Super-richtingsgevoelig (Achter)

Geluiden van achter dit apparaat worden opgepikt, samen met minder geluiden van de voorkant. De super-richtingsgevoelige (Achter) stand wordt aanbevolen voor bijvoorbeeld het opnemen van video's van landschappen met gesproken teksten.

Super-richtingsgevoelig (Voor+Achter)

Geluiden van de voorkant en van achter dit apparaat worden in gelijke mate opgepikt, samen met minder geluiden van links en rechts. De super-richtingsgevoelige (Voor+Achter) stand maakt het opnemen van geluiden van het onderwerp van de voorkant van dit apparaat mogelijk, samen met de stem van de videograaf, bijvoorbeeld voor het opnemen van een interview.

Super-richtingsgevoelig (Voor/Achter) gescheiden

Geluiden vanaf de voorkant (kanaal 1) en achterkant (kanaal 2) van dit apparaat worden in gelijke mate opgepikt, samen met minder geluiden van links en rechts. De super-richtingsgevoelige (Voor/Achter) gescheiden stand maakt het mogelijk om het volume van de audio van de voorkant en de audio van achter apart in te stellen en wordt aanbevolen wanneer de opgenomen audio later bewerkt moet worden.

(Stereo)

Opnemen van realistische video wordt mogelijk gemaakt door geluidsbronnen van links (kanaal 1) en rechts (kanaal 2) duidelijk te lokaliseren. De stereostand wordt aanbevolen voor bijvoorbeeld video's van bewegende onderwerpen, zoals raceauto's en treinen, of voor video's van muziekuitvoeringen in theaters.

Ultra-richtingsgevoelig

Door de adaptieve-bundelvormingstechnologie die door dit apparaat wordt gebruikt, wordt het doelgeluid vanaf de voorkant van het apparaat vastgelegd terwijl andere onnodige geluiden tegelijkertijd aanzienlijk worden verminderd. De stand ultra-richtingsgevoelig wordt aanbevolen om opnames te maken met minimale onnodige geluiden op korte afstand, zoals stemmen rondom het onderwerp, terwijl u omgevingsgeluiden op lange afstand, zoals het geluid van stromend water en het fluiten van een vogel, gematigd in de opnamen houdt.

Zie Informatie over de adaptieve-bundelvormingstechnologie voor meer informatie over de adaptieve-bundelvormingstechnologie.

Hint

  • Hoe dichter het onderwerp zich bij dit apparaat bevindt, hoe duidelijker het geluid ervan kan worden opgepikt.

Opmerking

  • In de volgende gevallen is het mogelijk dat het geluid van het onderwerp de voorkant van dit apparaat niet wordt herkend en dat de audio in de opnamen mogelijk zachter klinkt dan in andere richtingsgevoeligheidsstanden.

    • Opnamen worden gemaakt in ruimtes met sterke echo’s, zoals in een kleine kamer.

    • Het onderwerp bevindt zich op afstand van dit apparaat.

    • Geluiden van het onderwerp gaan op in het omgevingsgeluid.

    • Het onderwerp is niet direct naar de voorkant van dit apparaat gericht; het wijst bijvoorbeeld naar beneden of opzij.

    Probeer of een van de volgende mogelijkheden aan de situatie voldoet.

    • De instelling van de ATT-schakelaar wijzigen.

    • Zet de AUTO/MAN-schakelaar op "MAN" en pas het opnamevolume aan met de AUDIO LEVEL-draaiknop.

    • Pas de afstand van het onderwerp tot dit apparaat of de richting van het apparaat aan.

    • Wijzig de richtingsgevoeligheid naar de stand super-richtingsgevoelig.

  • Afhankelijk van de omgeving en de geluidsbron, is het mogelijk dat de volgende problemen zich voordoen. Als ze storend overkomen, kunt u de richtingsgevoeligheid instellen op de stand super-richtingsgevoelig.

    • Het audiovolume en de kwaliteit van de omgevingsgeluiden uit andere richtingen dan de voorkant van dit apparaat zijn onstabiel.

    • De geluidskwaliteit is onstabiel. Bijvoorbeeld het abrupte klappende geluid dat in de audio echoot.