De richting en hoek van een aangesloten camera ten opzichte van uw apparaat instellen

Wanneer u een externe camera gebruikt als de camera van uw apparaat met een streaming-app, kunt u ervoor zorgen dat het camerabeeld correct op het apparaatscherm wordt weergegeven en gestreamd door de standen van de camera ten opzichte van het apparaat in te stellen. Voordat u het apparaat en de camera met behulp van een kabel op elkaar aansluit, maakt u de volgende instellingen.

Als u de instellingen wilt veranderen, koppelt u de camera los van het apparaat, verandert u de instellingen en sluit u deze weer op elkaar aan.

  1. Ga naar en tik op [Instellingen] > [Apparaatverbinding] > [Verbindings­voorkeuren] > [Externe camera toewijzen].
  2. Stel de richting van de externe camera en het verschil in verticale stand (hoek) tussen de externe camera en uw apparaat in.

    Opmerking

    • Afhankelijk van de app die u gebruikt, wordt de camera mogelijk niet herkend wanneer u uw apparaat en de camera opnieuw aansluit nadat de instellingen zijn veranderd. Als dat gebeurt, sluit u de app die u gebruikt af en start u deze opnieuw.

De richting van de externe camera instellen

U kunt instellen in welke richting de externe camera wijst ten opzichte van het apparaatscherm.

Afbeelding die de richting van de camera laat zien ten opzichte van het apparaatscherm. A is wanneer het apparaatscherm en de cameralens in dezelfde richting wijzen, en B is wanneer het apparaatscherm en de cameralens in tegenovergestelde richting wijzen.

  • Niet specificeren: Gebruikt de externe camera als een externe camera. Als u de app Extern beeldscherm gebruikt, selecteert u [Niet specificeren].
  • Naar voren gericht (A): Stelt de richting van het apparaatscherm en de cameralens hetzelfde in. Gebruikt de externe camera als de camera aan de voorzijde van uw apparaat.
  • Naar achteren gericht (B): Stelt de richting van het apparaatscherm en de cameralens tegenovergesteld in. Gebruikt de externe camera als de hoofdcamera van uw apparaat.


Het verschil in verticale richting (hoek) tussen de externe camera en uw apparaat instellen

U kunt de draaihoek van de externe camera ten opzichte van uw apparaat instellen.

De draaihoek kan worden geselecteerd uit 0 graden, 90 graden, 180 graden en 270 graden.


Als de richting van de externe camera is ingesteld op [Naar voren gericht]

Afbeelding die de hoek van de camera laat zien ten opzichte van het apparaatscherm wanneer de richting van de externe camera is ingesteld op naar voren gericht. Van links naar rechts: 0 graden, 90 graden, 180 graden en 270 graden.


Als de richting van de externe camera is ingesteld op [Naar achteren gericht]

Afbeelding die de hoek van de camera laat zien ten opzichte van het apparaatscherm wanneer de richting van de externe camera is ingesteld op naar achteren gericht. Van links naar rechts: 0 graden, 90 graden, 180 graden en 270 graden.

Opmerking

  • De beeldverhouding van het beeld, enz. wordt mogelijk niet correct aangegeven, afhankelijk van de app die u gebruikt.
TP1002005092