Overzicht van de modus AUTO/P/S/M
Verticale stijl
Horizontale stijl
-
Pictogram gegevensopslag/hoeveelheid vrije ruimte/Bestandsindeling/beeldformaat
Als u een bestandsindeling wilt selecteren, tikt u op [MENU] > [Opname] > [Bestandsindeling] en selecteert u een optie. (RAW / RAW en JPEG / JPEG)
Als u een beeldverhouding wilt selecteren, tikt u op [MENU] > [Opname] > [Hoogte-breedteverh.] en selecteert u een optie. (4:3 / 16:9 / 1:1 / 3:2)
-
Tik om meer gedetailleerde instellingen te maken.
-
Tik om de opnamemodus te veranderen.
Om de standaardopnamemodus te selecteren wanneer Photo Pro is gestart, tikt u op [MENU] > [Instellen] > [Opnamemodus bij starten] en selecteert u vervolgens een optie.
-
Batterijstatus
-
Status van geotags
-
Gebruik de volumeknop om in en uit te zoomen.
-
Scherpstelling-indicator/belichtingsinstellingen
(pictogram Continue AF) geeft aan dat de scherpstelling wordt uitgevoerd wanneer [Continue AF] is geselecteerd.
(pictogram Continue AF) geeft aan dat het onderwerp scherpgesteld is wanneer [Continue AF] is geselecteerd. De scherpstelling wordt continu aangepast aan de hand van de bewegingen van het onderwerp.
(pictogram Automatische scherpstelling) geeft aan dat het onderwerp is scherpgesteld.
(pictogram AE-vergrendeling) geeft aan dat de belichting is vergrendeld.
-
Sleep de schakelaar naar rechts om items te vergrendelen, zoals de opnamefunctie en het functiemenu. Zo voorkomt u onbedoelde handelingen.
-
Keuzeknop
- Stel de belichtingswaarde in wanneer de functie Automatisch (P) is geselecteerd.
- Stel de sluitertijd in wanneer de functie Prioriteit voor sluitersnelheid (S) of Handmatige belichting (M) is geselecteerd.
-
Tik om informatie in de zoeker weer te geven of te verbergen.
Het histogram geeft een grafische weergave van de luminantieverdeling.
De horizontaalmeter helpt u de hoek van het apparaat te meten en het beeld horizontaal te houden. Wanneer u w apparaat vaststelt dat het horizontaal staat, wordt de horizontaalmeter groen.
Als u de items wilt aanpassen die worden weergegeven wanneer u op [DISP] tikt, tikt u op [MENU] > [Instellen] > [Aanpassing van DISP-knop].
-
Gebruik de sluiterknop om Photo Pro te starten of opnames te maken.
-
Tik om het functiemenu te openen.
-
Tik om de belichting te vergrendelen.
De knop wordt oranje wanneer de belichting is vergrendeld. Tik nogmaals op de knop om de belichting te ontgrendelen.
Als u een andere functie wilt toewijzen aan de AEL-knop, tikt u op [MENU] > [Instellen] > [Aanpassing van AEL-knop].
-
Gebruik de sluiterknop om beelden op te nemen.
-
Knop AF-ON (wanneer de scherpstelfunctie is ingesteld op [Enkelvoudige AF] of [Continue AF]) / (pictogram voor vergroting en scherpstelling) (wanneer de scherpstelfunctie is ingesteld op [Handmatige scherpstelling])
-
Tik op de knop AF-ON om de scherpstelling te vergrendelen.
De knop wordt oranje wanneer de scherpstelling is vergrendeld. Tik nogmaals op de knop om de scherpstelling te ontgrendelen.
-
Tik op (pictogram voor vergroting en scherpstelling) om het beeld te vergroten en de scherpstelling aan te passen.
-
-
Tik op het miniatuur om foto's weer te geven, te delen of te bewerken.
Tik op (knop Vorige) om terug te keren naar het Photo Pro-stand-byscherm.
-
Tik om de lens te wisselen.
Als u de zoom wilt gebruiken, gebruikt u de zoomknop, spreidt of knijpt u twee vingers op de zoeker of gebruikt u de volumeknop. Als u de zoomknop wilt weergeven in de liggende stand, tikt u op (pictogram Zoomknop openen) of op de lensknop.
-
Tik om de schermrotatie te vergrendelen of ontgrendelen.
-
Functiemenu
Tik om de instellingen te veranderen.
Als u de instelitems in het functiemenu opnieuw wilt toewijzen of opnieuw wilt rangschikken, tikt u op [MENU] > [Instellen] > [Aanpassing van functiemenu].