Kleur en helderheid

De camera past de kleur en helderheid automatisch aan door de lichtomstandigheden te detecteren en de kleurtemperatuur van het omgevingslicht te schatten. Digitale camera's kunnen alleen de kleurtemperatuur schatten, dus moet u mogelijk de instellingen aanpassen om deze goed te krijgen.

Als u merkt dat de foto's die binnenshuis zijn gemaakt een gele tint hebben, of als foto's die met de flitser zijn gemaakt een blauwe tint hebben, past u de kleur aan.

  1. Tik in de modus BASIC (Basis) op (pictogram Kleur en helderheid).
  2. Sleep de schuifregelaars om de kleur en helderheid aan te passen.

    De kleur van het pictogram verandert wanneer de instellingen worden aangepast.

    Tik op (knop Sluiten) of op de zoeker om de schuifregelaars te verbergen.

    Tik op [Reset] om de instellingen te resetten.

  3. Druk op de cameratoets of tik op de sluiterknop om een foto te maken of video op te nemen.

Hint

  • Probeer met licht van de juiste richting en kleur uw foto's meer vorm en diepte te geven. Dit soort licht ontstaat op natuurlijke wijze vlak voor zonsopgang en bij zonsondergang. Natuurlijk licht uit een raam is ook goed.