Over de lampjes

Hieronder vindt u meer informatie over de betekenis van de lampjes van de projector en het draadloze element:

Projectorlampjes

  1. Voedingslampje
    • Gedoofd: het toestel is uitgeschakeld.
    • Brandt wit (gedimd): de netwerkstand-bystand is geactiveerd op de projector.
    • Brandt wit (helder): het toestel is ingeschakeld.
    • Knippert rood
      • Knippert elke vier seconden: de batterij is bijna leeg.
      • Knippert elke twee seconden: de temperatuur in de projector is te hoog of te laag. Laat de projector een eindje bij kamertemperatuur staan en schakel deze daarna opnieuw in.
      • Knippert elke drie seconden drie keer: de projector vertoont storingen. Neem contact op met uw verdeler.
  2. Oplaadlampje
    • Gedoofd: het opladen is voltooid.
    • Brandt: bezig met opladen.

Lampje op het draadloze element

  • Brandt wit: verbonden met de projector.
    Het lampje licht wit op wanneer het draadloze element uitgeschakeld is en aangesloten is op een stopcontact. Het lampje dooft wanneer het draadloze element klaar is om te worden opgestart.
  • Knippert elke seconde wit: de software wordt geüpdatet.