Op cam. sel.+verz. (overbrengen naar een smartphone)

U kunt beelden overbrengen naar een smartphone door beelden te selecteren op de camera.

Raadpleeg van tevoren "De camera paren met een smartphone (Smartphoneverbind.) " om de camera en de smartphone aan elkaar te paren.


Hieronder volgt de procedure voor het overbrengen van het beeld dat momenteel wordt weergegeven op de camera.

  1. MENU (Netwerk) → [Verb./PC-afst.b][Op cam. sel.+verz.][Formaat te verz. bld] en [Verzenddoel] → gewenste instelling.
  2. Geef het beeld dat u wilt overbrengen weer op het afspeelscherm.
  3. MENU (Netwerk) → [Verb./PC-afst.b][Op cam. sel.+verz.][Verzenden][Dit beeld].
    • U kunt ook het scherm [Verzenden] weergeven door op de knop (Naar smartph verznd) te drukken.
  4. Open Creators’ App op uw smartphone.

    Een bericht wordt afgebeeld dat de overdracht is begonnen.

  5. Selecteer [OK] op de smartphone.
    Het beeld wordt overgebracht naar de smartphone.
    • Nadat het beeld is overgebracht, wordt het pictogram (overgebracht) afgebeeld op het scherm van de camera.
    • U kunt meerdere beelden tegelijkertijd overbrengen door een andere instelling te selecteren dan [Dit beeld] onder [Verzenden].

Menu-onderdelen

Verzenden:
Selecteert beelden en brengt deze over naar een smartphone. ([Dit beeld]/[Alle bldn in deze groep]/[Alles op deze datum]/[Gefilterde beelden]/[Meerdere beelden])
  • De afgebeelde opties kunnen verschillen afhankelijk van de geselecteerde weergavefunctie op de camera.
  • Als u [Meerdere beelden] selecteert, selecteert u de gewenste beelden met behulp van het midden van het besturingswiel en drukt u daarna op MENU → [Enter].
Formaat te verz. bld:
Selecteert de bestandsgrootte voor beelden die moeten worden overgebracht naar de smartphone. Een JPEG-bestand van het originele formaat of een 2M-gelijkwaardig JPEG-bestand kan worden overgebracht. ([Oorspronkelijk]/[2M])
Verzenddoel:
Stelt in of de proxy-bewegende-beelden met lage bitsnelheid of de oorspronkelijke bewegende beelden met hoge bitsnelheid moeten worden overgebracht wanneer bewegende beelden worden overgebracht naar een smartphone. ([Alleen proxy]/[All. oorspronkel.]/[Proxy en oorspr.])
Als u [Alleen proxy] selecteert, kunnen bewegende beelden sneller worden overgebracht dan bij het overbrengen van de oorspronkelijke bewegende beelden.
Film met Shot Mark:
Knipt een opgegeven aantal seconden aan bewegende beelden eruit en brengt deze over, met de positie van een opnamemarkering ingesteld als het midden. ([Tot 60 s knippen]/[Tot 30 s knippen]/[Tot 15 s knippen]/[Niet knippen])


De beelden die u wilt overbrengen filteren (Gefilterde beelden)

De beelden die moeten worden overgebracht kunnen worden gefilterd op de volgende criteria:

  • Doelgroep: [Deze datum]/[Deze media]
  • Stilst. beelden/films: [Alles]/[Alleen stilst. beelden]/[Alleen films]
  • Doelbld (Beoordel.): []-[], []
  • Doelfilm (): [Alles]/[All. Shot Mark-film.]
  • Doelbld (beveiligd): [Alles]/[Alleen beveil. bldn]
  • Overdrachtsstatus *: [Alles]/[Alleen nt-overgedr.]

    * Beelden die zijn overgebracht door ze te selecteren op de smartphone, worden behandeld als nog niet overgedragen.

    * Als [Film met Shot Mark] is ingesteld op iets anders dan [Niet knippen],, zelfs als u reeds een clip hebt overgebracht met behulp van een opnamemarkering en daarna een andere opnamemarkering hebt ingesteld op de bewegende beelden, zullen alle opnamemarkeringen clips maken die opnieuw zullen worden overgebracht als nog niet overgebrachte beelden.


Een opnamemarkering (Shot Mark) toevoegen aan bewegende beelden

Als u een opnamemarkering toevoegt aan bewegende beelden, kunt u dit gebruiken als een markering voor het selecteren, overbrengen of bewerken van de bewegende beelden. Om een opnamemarkering toe te voegen, raakt u (Opnamemarkering 1 toevoegen) aan op het scherm terwijl u bewegende beelden opneemt of weergeeft. Stel van tevoren [Aanraakfunctie] in op [Aan].

Hint

  • Gebruik een customknop om een tweede opnamemarkering (Shot Mark 2) toe te voegen. Shot Mark 1 kan ook worden toegevoegd met behulp van een customknop. Wijs de volgende functies toe aan de gewenste knoppen en druk op de knoppen tijdens het opnemen of weergeven van bewegende beelden.
    • Als u een opnamemarkering toevoegt tijdens het opnemen van bewegende beelden: wijs [Shot Mark1 toevoeg.] / [Shot Mark2 toevoeg.] toe in [Eigen toets-instel.]
    • Als u een opnamemarkering toevoegt tijdens het weergeven van bewegende beelden: wijs [Shot Mark1 t.v./v.w.] / [Shot Mark2 t.v./v.w.] toe in [Eigen toets-instel.]
  • Bij bewegende beelden met een opnamemarkering kunt u verspringen naar de positie van de opnamemarkering door het pictogram voor aanraakbediening aan te raken in de pauzestand.

Opmerking

  • Voor beelden die zijn overgebracht door ze te selecteren op de smartphone, wordt het pictogram (overgebracht) niet afgebeeld.
  • Afhankelijk van de smartphone, worden de overgebrachte bewegende beelden mogelijk niet correct weergegeven. Bijvoorbeeld, de bewegende beelden worden mogelijk niet vloeiend weergeven, of kan er geen geluid zijn.
  • Afhankelijk van het formaat van de stilstaande beelden, bewegende beelden, vertraagde bewegende beelden of versnelde bewegende beelden, kan het onmogelijk zijn om deze weer te geven op een smartphone.
  • Als [Vliegtuig-stand] is ingesteld op [Aan], kunt u dit apparaat en de smartphone niet met elkaar verbinden. Stel [Vliegtuig-stand] in op [Uit].