Kan geen BLUETOOTH-verbinding tot stand brengen.
- Bevestig dat de BLUETOOTH-functie correct is geselecteerd.
- Het BLUETOOTH-apparaat waarmee u verbinding probeert te maken, ondersteunt het A2DP-profiel niet en kan daarom geen verbinding maken met de receiver.
- Druk op CONNECTION
PAIRING BLUETOOTH op de receiver om verbinding te maken met het laatste verbonden BLUETOOTH-apparaat.
- Schakel de BLUETOOTH-functie in vanaf het BLUETOOTH-apparaat.
- Breng een verbinding tot stand vanaf het BLUETOOTH-apparaat.
- De registratie-informatie over het paren is gewist. Voer de paringsbediening opnieuw uit.
- De receiver kan niet worden gedetecteerd wanneer deze reeds is verbonden met een BLUETOOTH-apparaat.
- Wis de registratie-informatie over het paren van het BLUETOOTH-apparaat en voer de paringsbediening opnieuw uit.