Aanraakscherm
Door de monitor aan te raken, kunt u bedieningen intuïtief uitvoeren, zoals scherpstellen op het opnamescherm en bedienen van het weergavescherm.
Aanraakbedieningen (op het opnamescherm)
Raak de monitor aan om aan te geven waar u wilt scherpstellen (Aanr.scherpstell).
Raak een onderwerp op de monitor aan om de functie aanraakvolgen te gebruiken (Aanraakvolgen).
U kunt ook scherpstellen op een onderwerp en beelden opnemen door gewoon het onderwerp op het scherm aan te raken (.Aanraaksluiter).
Wanneer u het onderwerp op het scherm aanraakt, past de camera automatisch de helderheid aan afhankelijk van het onderwerp (Aanraak-AE). [Aanraak-AE] kan ook worden gebruikt in combinatie met [Aanr.scherpstell], [Aanraakvolgen] of [Aanraaksluiter].
Voor informatie over het omschakelen van de functie die wordt geactiveerd door een aanraakbediening, raadpleegt u " Aanraakpaneel-inst. ".Aanraakbedieningen (op het weergavescherm)
Veeg tijdens enkelbeeldweergave over het scherm naar links of naar rechts om naar het vorige of volgende beeld te gaan.
Tijdens enkelbeeldweergave kunt u het weergegeven beeld vergroten of verkleinen door twee vingers op het scherm samen te knijpen of uit elkaar te spreiden (knijpen/spreiden).
- U kunt ook dubbeltikken op de monitor om een stilstaand beeld te vergroten of om het vergrote beeld te verlaten.
- Tijdens het weergeven van bewegende beelden kunt u de weergave starten of pauzeren met behulp van aanraakbedieningen.
Hint
- U kunt de camera ook bedienen door de gidsen aan te raken die onderaan het scherm worden weergegeven (behalve in de functie [Slim automat.]).
- U kunt het functiemenu openen door snel omhoog te vegen op het opnamescherm. U kunt de pictogrammen voor functies die aan de linker- en rechterkant van het scherm worden afgebeeld, tonen en verbergen door snel naar links en rechts te vegen op het opnamescherm.
- U kunt instellen of aanraakbedieningen ingeschakeld moeten zijn en gedetailleerde instellingen geconfigureerd kunnen worden onder [Aanraakpaneel-inst.].