Bluetooth-instelling.

Regelt de instellingen voor het verbinden van de camera met een smartphone of een Bluetooth-afstandsbediening via een Bluetooth-verbinding.
Om de volgende functies te gebruiken, moet u de camera en de smartphone van tevoren paren.

  • De camera in- en uitschakelen vanaf de smartphone
  • De koppelingsfunctie voor locatie-informatie gebruiken
  • De camera bedienen met behulp van een Bluetooth-afstandsbediening


U kunt de betreffende functies raadplegen onder "Verwant onderwerp" onderaan deze pagina.
Controleer de paringsprocedure die hoort bij de functie die u wilt gebruiken.

  1. MENU (Netwerk) → [Bluetooth-instelling.] → gewenste instelling.

Menu-onderdelen

Bluetooth-functie (Aan/Uit) :
Stelt in of de Bluetooth-functie van de camera moet worden ingeschakeld of niet.
Koppeling:
Beeldt het scherm af voor het paren van de camera en de smartphone of Bluetooth-afstandsbediening.
Appar.adres weerg.:
Beeldt het BD-adres af van de camera.