Auto Calibration gebruiken

Auto Calibration wordt twee keer uitgevoerd.

  • 1e kalibratie: plaats de microfoon op de bovenkant van microfoonstandaard ().
  • 2e kalibratie: draai de microfoon 90 graden en plaats hem op de onderkant van de microfoonstandaard ().

Opmerking

  • De luidsprekers brengen erg luid geluid voort tijdens de kalibratie en het volume kan niet worden veranderd.
  • Als de geluidsonderbrekingsfunctie is ingeschakeld voordat u de Auto Calibration uitvoert, wordt de geluidsonderbrekingsfunctie automatisch uitgeschakeld.
  • Het kan voorkomen dat het niet mogelijk is de juiste meting te verrichten of zelfs de Auto Calibration uit te voeren als speciale luidsprekers, zoals dipoolluidsprekers, worden gebruikt.
  • Als de meting mislukt, volgt u het bericht en selecteert u daarna [Retry]. Zie voor meer informatie over de foutcode en het waarschuwingsbericht "Lijst met berichten na de Auto Calibration-metingen".

Auto Calibration annuleren

De functie Auto Calibration wordt geannuleerd als tijdens het meetproces de volgende handelingen e.d. worden uitgevoerd:

  • Drukken op (aan/uit).
  • Drukken op de ingangstoetsen op de afstandsbediening of draaien van INPUT SELECTOR op het apparaat.
  • Drukken op HOME, AMP MENU, HDMI OUT of (geluiddemping) op de afstandsbediening.
  • Drukken op SPEAKERS op het apparaat.
  • Wijzigen van het volumeniveau.
  • Aansluiten van de hoofdtelefoon.