Achteraanzicht

Illustratie van de achterkant van de camera

Illustratie van de achterkant van de camera

  1. Oogkap voor oculair

    De oogkap voor oculair verwijderen

    Duw beide onderhoeken van de oogkap voor oculair naar buiten en schuif de oogkap omhoog.

  2. Zoeker
  3. MENU-knop
  4. Voor opnemen: C3-knop (customknop 3)

    Voor weergeven: (beveiligings-)knop

  5. Oogsensor
  6. Monitor (voor aanraakbediening: aanraakpaneel/aanraakpad)

    U kunt de monitor naar een stand draaien waarin u het beeld gemakkelijk kunt bekijken zodat u vanuit elk standpunt kunt opnemen. Voor meer informatie, zie "De hoek van de monitor afstellen".

    • U kunt de hoek van de monitor mogelijk niet afstellen afhankelijk van het type statief dat u gebruikt. Draai in dat geval de schroef van het statief tijdelijk los om de hoek van de monitor af te stellen.
    • Oefen niet te veel kracht uit wanneer u de monitor opent, sluit of draait. Als u dit toch doet, kan een storing worden veroorzaakt.
  7. Diopter-instelwiel

    Stel het diopter in overeenkomstig uw gezichtsvermogen door het diopter-instelwiel te draaien totdat het beeld in de zoeker scherp te zien is.

    Als het moeilijk is om het diopter-instelwiel te draaien, verwijdert u de oogkap voor oculair voordat u het instelwiel draait.

  8. MOVIE (bewegende beelden)-knop
  9. Voor opnemen: AF-ON (AF aan)-knop

    Voor weergeven: (vergroot-)knop

  10. Voor opnemen: AEL-knop

    [AEL-vergrendel] is in de standaardinstellingen toegewezen aan de AEL-knop.

    Voor weergeven: (beeldindex-)knop

  11. Vierrichtingsknop
  12. Fn (Functie)-knop
  13. Besturingswiel
  14. Voor opnemen: C4-knop (customknop 4)

    Voor weergeven: (wis-)knop

  15. Toegangslamp
  16. (weergave-)knop
  17. Microfoon voor de spraakberichtfunctie

De hoek van de monitor afstellen

  • Als u de camera in een hoge of lage positie houdt, Kantelt u de monitor naar u toe om de hoek af te stellen.

Illustratie waarin wordt afgebeeld hoe de monitor kan worden gedraaid

(A): Waar uw vingers moeten worden geplaatst

(B): Ong. 98° vanaf het achteroppervlak van de camera

(C): Ong. 40° vanaf het achteroppervlak van de camera


  • In de zelfportretstand met de monitor geopend naar de zijkant en de lens naar u toe gericht, is het beeld op de monitor horizontaal gedraaid. Draai de monitor achterover om de gedraaide weergave te annuleren.

Illustratie waarin wordt afgebeeld hoe de monitor kan worden gedraaid

(A): Waar uw vingers moeten worden geplaatst

(B): Ong. 180°

(C): Ong. 270°


  • Als u de weergaverichting wilt omschakelen naar de zelfportretstand terwijl de monitor uitgetrokken is, draait u de monitor helemaal in de richting (A). Als u de weergaverichting van de zelfportretstand wilt annuleren, draait u de monitor helemaal in de richting (B) (als [Draairicht. monitor] is ingesteld op [Automatisch]).

Illustratie waarin wordt afgebeeld hoe de monitor kan worden gedraaid

  • In de standaardinstellingen wordt het veranderen van de weergave automatisch in- en uitgeschakeld, afhankelijk van hoe de monitor wordt geplaatst. U kunt de weergavemethode vergrendelen met de volgende instellingen: MENU (Instellingen)[Zoeker/monitor][Draairicht. monitor].
TP1001476352