Lijst met standen van de functiekeuzeknop

U kunt de gewenste opnamefunctie selecteren door de functiekeuzeknop te draaien.

  • Draai de functiekeuzeknop terwijl u de ontgrendelknop van de functiekeuzeknopvergrendeling in het midden van de functiekeuzeknop ingedrukt houdt.

Beschikbare functies

(Slim automatisch):
Stelt u in staat op te nemen met automatische scèneherkenning.

P (Autom. programma):
Hiermee kunt u opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde (F-getal)). U kunt ook de diverse instellingen kiezen op het menu.

A (Diafragmavoorkeuze):
Hiermee kunt u het diafragma instellen en opnemen wanneer u de achtergrond wazig wilt maken, enz.

S (Sluitertijdvoorkeuze):
Hiermee kunt u snelbewegende onderwerpen, enz., opnemen door de sluitertijd handmatig in te stellen.

M (Handm. belichting):
Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen met de gewenste belichting door de belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde (F-getal)) in te stellen.

1/2/3 (Geheug.nr. oproep.):
Maakt het mogelijk een beeld op te nemen nadat veelgebruikte functies of numerieke instellingen zijn opgeroepen die van tevoren werden geregistreerd.

(Film/vertr.+versneld):
Maakt het mogelijk om de belichtingsfunctie te veranderen voor het opnemen van bewegende beelden en het opnemen van vertraagde/versnelde bewegende beelden.

(Panorama d. beweg.):
Maakt het mogelijk om een panoramabeeld op te nemen door het beeld samen te stellen.