Bracket-instellingen

stilstaand beeld

Stelt het type bracket-opname, de zelfontspanneropname, de opnamevolgorde voor de belichting-bracketopname/witbalans-bracketopname en de opnamemethode voor de scherpstelling-bracketopname in de bracketopnamefunctie in.

  1. MENU (Opname) → [Transportfunctie][Bracket-instellingen] → gewenste instelling.

Menu-onderdelen

Zelfontsp. tdns brkt:
Stelt in of de zelfontspanner wordt gebruikt tijdens de bracketopname. Stelt tevens het aantal seconden in totdat de sluiter wordt ontspannen bij gebruik van de zelfontspanner.
(Uit/2 sec./5 sec./10 sec.)
Bracketvolgorde:
Stelt de opnamevolgorde in voor de belichting-bracketopname en witbalans-bracketopname.
(0→-→+/-→0→+)
Scherpst.br.volgorde *:
Stelt de opnamevolgorde in voor de scherpstelling-bracketopname. ([0→+]/[0→-→+])
Gelijkmat. belichting *:
Stelt in of de belichting automatisch wordt aangepast tijdens het maken van een scherpstelling-bracketopname. ([Aan]/[Uit])
Opname-interval *:
Stelt het opname-interval in tijdens het maken van een scherpstelling-bracketopname. ([Kortst]/[1 sec.]/[2 sec.]/[3 sec.]/[5 sec.]/[10 sec.]/[15 s]/[30 sec.])
Opsl.best. scherp.br. *:
Stelt de bestemmingsmap in voor het opslaan van stilstaande beelden die zijn gemaakt als een scherpstelling-bracketopname. ([Huidige map]/[Nieuwe map])

* Als de versie van de systeemsoftware (firmware) van de camera 4.00 of hoger is

Opmerking

  • Als [0→-→+] is geselecteerd voor [Scherpst.br.volgorde], ligt het aantal opnamen dat is gemaakt als een scherpstelling-bracketopname vast op drie.