Best.-/mapinstell.

Configureer de instellingen met betrekking tot de map en de bestandsnaam van het stilstaande beeld dat moet worden opgenomen.

  1. MENU (Opname) → [Bestand][Best.-/mapinstell.] → gewenste instelling.

Menu-onderdelen

Bestandsnummer:
U kunt instellen hoe bestandsnummers worden toegewezen aan de stilstaande beelden.
[Serie]: De bestandsnummers beginnen niet opnieuw voor elke map.
[Terugstellen]: De bestandsnummers beginnen opnieuw voor elke map.
Geforc. reset. best.num.:
Stelt het bestandsnummer voor stilstaande beelden in en maakt een nieuwe map.
Bestandsnaam instel:
U kunt de eerste drie tekens van de bestandsnaam opgeven.
Mapnaam:
U kunt instellen hoe mapnamen worden toegewezen.
[Standaardform.]: de mappen krijgen een naam zoals "mapnummer + 5 willekeurige tekens". Bijvoorbeeld: 100MSDCF
[Datumformaat]: Mappen krijgen als naam "mapnummer + Y (het laatste cijfer van het jaar)/mm/dd".
Voorbeeld: 10010405 (mapnummer: 100: datum: 04/05/2021)

Hint

  • De instellingen van [Bestandsnummer] en [Bestandsnaam instel] worden toegepast op zowel Gleuf 1 als Gleuf 2.
  • Wanneer [Bestandsnummer] is ingesteld op [Serie], worden de bestandsnummers op volgorde toegewezen aan beide geheugenkaarten in de gleuven, zelfs als u de instelling van [Opn.m.-instelling.][Opnamemedia] verandert van gleuf 1 naar gleuf 2 of vice versa.
  • Wanneer [Mapnaam] is ingesteld op [Standaardform.], kunnen de laatste 5 tekens van de mapnaam worden ingesteld met behulp van [Nieuwe map].
  • U kunt ook de laatste vijf tekens van de mapnaam veranderen met behulp van [Geforc. reset. best.num.].

Opmerking

  • U kunt alleen hoofdletters, cijfers en lage streepjes gebruiken voor [Bestandsnaam instel]. Het lage streepje mag niet gebruikt worden als eerste teken.
  • De drie tekens die zijn opgegeven bij [Bestandsnaam instel] worden alleen toegepast op bestanden die zijn opgenomen nadat de instelling is gemaakt.