[PRTCT], [PUSH], de naam van de luidspreker ([SUB], [RL] of [RR]) en [POWER] knipperen afwisselend op het display op het voorpaneel.

  • Druk op (voeding) op de overeenstemmende luidspreker ([SUB]: optionele subwoofer, [RL]: optionele linker achterluidspreker, [RR]: optionele rechter achterluidspreker) om deze uit te schakelen. Voor de optionele achterluidspreker koppelt u het netsnoer los en start u vervolgens het luidsprekersysteem opnieuw op. Voor de optionele subwoofer koppelt u het netsnoer los, controleert u of er niets de ventilatieopeningen van de optionele subwoofer blokkeert en start u vervolgens het luidsprekersysteem opnieuw op. Als ze correct opnieuw verbonden worden, keert de weergave op het display op het voorpaneel terug naar de normale weergave.