Het apparaat gebruiken in een multicameraomgeving met een MSU/CNA-2/camera-afstandsbedieningssoftware

U kunt meerdere camera's aansluiten met een MSU of met camera-afstandsbedieningssoftware.

Opmerking

  • Raadpleeg de "Lijst met ondersteunde functies" en configureer het apparaat zodanig dat het voldoet aan de gebruiksomstandigheden voor de functies die u wilt gebruiken. Schakel dan op de volgende manier de verbinding in met een MSU of met camera-afstandsbedieningssoftware.
  1. Schakel alle apparaten in.
  2. Configureer de systeemnetwerkinstellingen met de MSU of de camera-afstandsbedieningssoftware.

    Voor nadere informatie over de configuratie raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de MSU of de camera-afstandsbedieningssoftware.

  3. Configureer de volgende instellingen met [Technical] > [RCP/MSU] in het webmenu van de camera.
    1. Wanneer u een MSU of CNA-2 gebruikt, stelt u [CNS Mode] in op [MCS]. Als u camera-afstandsbedieningssoftware gebruikt, stelt u [CNS Mode] in op [PC Control].
    2. Stel het IP-adres van de hoofd-MSU of de camera-afstandsbedieningssoftware in bij [Master IP Address].
    3. Stel het cameranummer waarmee u de camera wilt registreren in bij [Camera No.].
Ga naar boven