TC/UB-instellingen

De tijdcode (TC)-informatie en de gebruikersbit (UB)-informatie kan worden opgenomen als gegevens gevoegd bij bewegende beelden.

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen] → instelwaarde die u wilt veranderen.

Menu-onderdelen

TC/UB-weerg.-inst.:
Stelt de weergave van de teller, tijdcode en gebruikersbit in.
TC Preset:
Stelt de tijdcode in.
UB Preset:
Stelt de gebruikersbit in.
TC Format:
Stelt de opnamemethode van de tijdcode in. (Alleen wanneer [NTSC/PAL schakel.] is ingesteld op NTSC.)
TC Run:
Stelt het optelformaat van de tijdcode in.
TC Make:
Stelt het opnameformaat van de tijdcode op het opnamemedium in.
UB Time Rec:
Stelt in of de tijd moet worden opgenomen als een gebruikersbit of niet.

De tijdcode instellen (TC Preset)

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][TC Preset].
  2. Draai het besturingswiel en selecteer de eerste twee cijfers.
    • De tijdcode kan worden ingesteld binnen het volgende bereik.
      Als [60p] is geselecteerd: 00:00:00.00 tot en met 23:59:59.29

      * Als [24p] is geselecteerd, kunt u de laatste twee cijfers van de tijdcode selecteren in veelvouden van vier tussen 0 en 23 frames.
      Als [50p] is geselecteerd: 00:00:00.00 tot en met 23:59:59.24

  3. Stel de andere cijfers in door dezelfde procedure te volgen als in stap 2, en druk daarna op het midden van het besturingswiel.

Opmerking

  • Als u de monitor naar buiten is gezwenkt om een zelfportret op te nemen, worden de tijdcode en gebruikersbit niet weergegeven.

De tijdcode terugstellen

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][TC Preset].
  2. Druk op de (wis-)knop om de tijdcode (00:00:00.00) terug te stellen.


De gebruikersbit instellen (UB Preset)

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][UB Preset].
  2. Draai het besturingswiel en selecteer de eerste twee cijfers.
  3. Stel de andere cijfers in door dezelfde procedure te volgen als in stap 2, en druk daarna op het midden van het besturingswiel.

De gebruikersbit terugstellen

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][UB Preset].
  2. Druk op de (wis-)knop om de gebruikersbit (00 00 00 00) terug te stellen.

De opnamemethode van de tijdcode selecteren (TC Format *1)

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][TC Format].

DF:
Neemt de tijdcode op in het Drop Frame*2-formaat.
NDF:
Neemt de tijdcode op in het Non-Drop Frame-formaat.

*1 Alleen wanneer [NTSC/PAL schakel.] is ingesteld op NTSC.

*2 De tijdcode is gebaseerd op 30 frames per seconde.Echter, na langdurig opnemen zal een verschil tussen de werkelijke tijd en de tijdcode optreden omdat de framefrequentie van het NTSC-beeldsignaal ongeveer 29,97 frames per seconde is.Drop frame corrigeert dit verschil zodat de tijdcode en de werkelijke tijd hetzelfde zijn.In drop frame worden elke minuut de eerste 2 framenummers verwijderd, behalve voor elke tiende minuut.De tijdcode zonder deze correctie heet non-drop frame.

  • De instelling ligt vast op [NDF] tijdens het opnemen in 4K/24p of 1080/24p.

Het optelformaat van de tijdcode selecteren (TC Run)

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][TC Run].

Rec Run:
Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op oplopen uitsluitend tijdens het opnemen. De tijdcode wordt opgenomen aansluitend op de laatste tijdcode van de vorige opname.
Free Run:
Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op altijd oplopen, ongeacht de bediening van de camera.

  • De tijdcode wordt mogelijk niet aansluitend opgenomen in de volgende situaties, ondanks dat de tijdcode oploopt in de functie [Rec Run].
    • Wanneer het opnameformaat is veranderd.
    • Wanneer het opnamemedium is verwijderd.

Selecteren hoe de tijdcode wordt opgenomen (TC Make)

  1. MENU (Instellingen) → [TC/UB-instellingen][TC Make].



Preset:
Neemt de nieuw ingestelde tijdcode op het opnamemedium op.
Regenerate:
Leest de laatste tijdcode van de vorige opname vanaf het opnamemedium en neemt de nieuwe tijdcode aansluitend op de laatste tijdcode op. De tijdcode loopt op in de functie [Rec Run] ongeacht de instelling van [TC Run].