Smartphoneverbind.
U kunt instellingen met betrekking tot de smartphone-verbinding aanpassen.
-
MENU → (Netwerk) → [Smartphoneverbind.] → gewenste instelling.
Menuonderdelen
- Smartphoneverbind.:
- Stelt in of de camera moet worden verbonden met een smartphone. ([Aan] / [Uit])
- Verbinding:
- Beeldt de QR Code of SSID af die wordt gebruikt om de camera te verbinden met een smartphone.
- Verb. terw. str. UIT:
- U kunt instellen of Bluetooth-verbindingen vanaf een smartphone moeten worden geaccepteerd terwijl de camera uitgeschakeld is. ([Aan] / [Uit])
- Instell. opn. op afst.:
- Configureert instellingen voor beelden die zijn opgeslagen tijdens het opnemen op afstand met een smartphone. ([Opsl.bestem. stil. bld] / [Bldopslagformaat] / [RAW+J beeld opsl])
- Altijd verbonden:
- U kunt instellen of de camera altijd moet worden verbonden met een smartphone waarmee eerder verbinding werd gemaakt. ([Aan] / [Uit])
- Als dit is ingesteld op [Aan], hoeft u, nadat u de camera hebt verbonden met een smartphone, de verbindingsprocedure op de camera niet opnieuw uit te voeren. Als dit is ingesteld op [Uit], verbindt u de camera en de smartphone handmatig wanneer u deze met elkaar wilt verbinden.
Opmerking
- Als [Altijd verbonden] is ingesteld op [Aan], zal het stroomverbruik hoger zijn dan wanneer dit is ingesteld op [Uit].