Opnemen met Slow & Quick Motion

Door op te nemen met een framesnelheid die verschilt van de afspeelframesnelheid, kunt u beelden zo opnemen dat ze worden afgespeeld als slow motion- of quick motion-beelden. De beelden die zijn opgenomen met de Slow & Quick Motion-functie lijken vloeiender dan traag of versneld afspelen van beelden die zijn opgenomen aan normale snelheid (alleen XAVC S 4K en XAVC S HD).

A: MENU-knop

B: S&Q-knop

C: START/STOP-knop

D: ////SET-knop

Voorbereiding voor Slow & Quick Motion-opname

Stel het opnameformaat en de framesnelheid in op de MENU-knop - (CAMERA INST.) - [SLOW & QUICK] - [S&Q MOTION].

Opnemen met Slow & Quick Motion

  1. Druk op de S&Q-knop om [S&Q MOTION] weer te geven.
    • De camcorder bevindt zich in de Slow & Quick Motion-opnamestand.
    • U kunt de camcorder instellen op de Slow & Quick Motion-opnamemodus door (CAMERA INST.) - [SLOW & QUICK] - [S&Q MOTION] - [UITVOEREN] te selecteren.
  2. Druk op de START/STOP-knop.
    • De Slow & Quick Motion-opname begint.

De Slow & Quick Motion-opname stoppen

Druk opnieuw op de START/STOP-knop.

De framesnelheidsinstelling wijzigen

Houd de S&Q-knop ongeveer 1 seconde ingedrukt en wijzig de waarde met de ////SET-knop en druk vervolgens op de ////SET-knop om te bevestigen.

De Slow & Quick Motion-opname annuleren

Druk op de S&Q-knop of de MENU-knop.

Opmerking

  • De ondersteunde geheugenkaarten kunnen variëren naargelang het bestandsformaat.
  • Bij opname in Quick Motion-stand, gaat de camcorder mogelijk nog even door met opnemen (maximum ongeveer 30 seconden) nadat u de START/STOP-knop hebt ingedrukt om het opnemen te stoppen. Bedien de camcorder niet terwijl de [REC]-aanduiding knippert op het LCD-scherm. Wacht tot dit verandert in [STBY].
  • Nadat u de START/STOP-knop hebt ingedrukt om de opname te stoppen, blijft de camcorder nog opnemen tot hij klaar is met het schrijven van de minimumhoeveelheid gegevens (0,5 seconden afspeeltijd). Bij opname met trage framesnelheid, kan het even duren voordat de opname stopt nadat de START/STOP-knop is ingedrukt.
  • De framesnelheidsinstelling kan niet worden gewijzigd tijdens Slow & Quick Motion-opname. Om de instelling te wijzigen, moet u de opname stoppen.
  • De tijdscode is opgenomen in de [REC RUN]-stand.
  • De Slow & Quick Motion-opnamestand wordt automatisch geannuleerd wanneer de camcorder wordt uitgeschakeld, maar de framesnelheidsinstelling wordt bewaard.
  • U kunt geen audio opnemen tijdens Slow & Quick Motion-opname.
  • U kunt geen gelijktijdige opname uitvoeren opnemen tijdens Slow & Quick Motion-opname.
  • [S&Q MOTION] wordt uitgeschakeld wanneer [BESTANDSINDELING] is ingesteld op [AVCHD].
  • [S&Q MOTION] wordt uitgeschakeld wanneer de AUTO/MANUAL-schakelaar is ingesteld op AUTO.